Thursday 18 December 2008

Stoerte

...
Melanie en ik stonden op een hoek van een straat. Te babbelen en te verkleumen.
Maar vooral te babbelen.

Over stoerheid. Stoerheid is écht een interessant fenomeen.
(Hier bleef Melanie even hangen: wat is de zelfstandige vorm van stoer: stoerheid? stoerte? Stoerte klinkt wel nog stoerder dan stoerheid...)

‘Doen’ mensen stoer of ‘zijn’ ze stoer? Stoerte is misschien gewoon een aanpassing aan bepaalde omstandigheden.

Stoer en lief sluiten elkaar niet wederzijds uit. Zeggen dat iemand niet lief is omdat hij/zij stoer is zou zo'n redeneerfout zijn waarvan we ons de naam niet meer kunnen herinneren (aiaiai, sorry Braeckie).

Melanie opperde: als we nu aan iemand die écht stoer is gewoon het antwoord zouden vrágen.
Gewoon zo:
'Hé! We vroegen ons af: bén jij stoer, of dóe je stoer?'

Het risico is wel dat we klop krijgen. Stoere mensen delen nogal vlug klappen uit.

Mmm.
We overliepen even de kenmerken.

Iemand die altijd zijn/haar schouders ophaalt als je iets enthousiast vertelt
Iemand die alleen bier drinkt, zelfs bij het eten
Iemand die wil dat er voor hem gekookt wordt (enkel toepasbaar op exemplaren van het mannelijke geslacht)
Iemand met een leren vest
Iemand die enkel Herman Brusselmans of Jef Geeraerts leest
Iemand die af en toe vuilbakken gaat omshotten met zijn/haar maten

Wie is stoer en zou ons geen klappen geven?
We overliepen enkele bekenden en minder bekenden.
Wie?

Op dat moment fietste Rugzakske voorbij. Rugzakske is stoer.

Wij: ‘Hei Rugzakske! Ben jij stoer, of doe jij stoer?’

Rugzakske maakte bruusk rechtsomkeer en stopte met piepende remmen voor onze neus, vroeg ‘Wat denk je?’, slingerde zijn rugzakske over de ene, dan over de andere schouder en fietste weer weg.

Nog een kenmerk van stoere mensen: vragen met vragen beantwoorden.

3 comments:

Melanie said...

(Elke overeenkomst met echte personen berust op toeval.)

Pieter said...

Stoerte is waarschijnlijk een evolutionair voordeel geweest, ooit.

Ruwe oerjagers die in alle onversaagdheid tien buffels vellen konden met hun knots, brengen nu eenmaal onversaagdebuffeljagers voort. Die op hun beurt weer meer kans maken om jouw genen te verspreiden. Paren met stoere buffeljagers was dus een absolute must.

Misschien kerfden ze met aardappelmesje en waterverf ook al de oergeluiden voor hun geliefde in de bovenarm, wat het ontstaan van de tattoo perfect verklaart.

Helaas is in onze postkapitalistische, retro, metro en bordeauxseksuele maatschappij de stoerheid wat achterhaald. Assertieve vriendelijkheid, financiële zekerheid, met twee woorden spreken, en altijd het laatste stukje buffelkaas ongeroerd laten, doen het veel beter op je facebookprofiel dan het aantal buffels dat je neerhaalde.

Misschien moeten we stoere mensen dus maar van een sociale uitkering voorzien. Ze verdienen het!

ps.: gelukkig is op kerstdag niemand stoer.

Melanie said...

Zo moet het inderdaad ooit geweest zijn!

Een geluk dat stoerheid niet zo gewaardeerd wordt in onze biotoop .

Ware de Blandijn een buffelbiotoop, dan zou het er allemaal heel anders aan toe gaan. Enkel de Rugzakskes onder de Blandijners zouden zich nog in de gangen wagen. Anderen zouden reeds lang ten prooi gevallen zijn, aan wilde buffelkuddes.
Alleen de Stoeren zouden overleven. Alleen zij zouden het Aquarium bereiken.
En enkel daar zou voedsel zijn: broodjes buffelkaas.

Rosie en ik zouden allang zijn uitgestorven.


Ik beloof plechtig dat ik nooit meer ga sakkeren als ik moet aanschuiven voor een broodje.


P.S. Prettige kerst!